Hoewel de temperatuur in het holst van de nacht de komende weken misschien nog een paar keer onder de zeven graden Celsius uitkomt, is het geen slecht idee om nu het winterschoeisel om te ruilen voor zomerrubber. Tenzij je alleen nachtdiensten draait.
Knappe koppen
Zeven graden Celsius. Een temperatuur die niet zomaar is gekozen. Volgens de knappe koppen uit wielenland is dit namelijk de temperatuur die zomer- en winterbandenseizoen scheidt. Onder de zeven is het zachte winterrubber koning, daarboven presteert het hardere zomerschoeisel beter. Dat heeft alles te maken met de samenstelling van het rubber en de eisen die beide seizoenen aan dit materiaal stellen. Je bandenman (m/v) kan het je haarfijn uitleggen, maar neem maar aan dat ook hij (m/v) zal zeggen dat je goed bezig bent als je nu een wisselafspraak maakt. Of zelf aan de slag gaat, mocht je een handyman pur sang zijn.
Beetje uitleg dan
Nou vooruit. Een beetje uitleg dan: de zachtere rubbersamenstelling van een winterband blijft zacht bij vorst en hierdoor soepeler dan zomerrubber. Dit betekent meer grip op koude ondergrond én in de sneeuw, met dank aan een iets grover profiel dat zich als het ware in het witte spul bijt. Daarentegen slijt dit zachte rubber sneller bij hogere temperaturen. Let wel: ga je nog naar buitenlanden waar mogelijk wél nog sneeuw voorkomt in het vroege voorjaar, houd je wintergarnituur dan nog even in ere.
Profieldiepte
Nu je toch bezig bent met je banden, kun je meteen even checken of die banden de moeite van het omleggen nog waard zijn: 1,6 mm profieldiepte is het wettelijk minimum voor élke autoband. Maar aangezien je leven je lief is, is het advies van instanties zoals de ANWB, meer steekhoudend: voor optimale grip wordt bij zomerbanden minimaal 2 mm aanbevolen.
Ouderdom
Wat weinig mensen weten, is dat een band bovendien een maximale houdbaarheid kent. Wie weinig kilometers maakt, zal zelfs na jaren nog steeds niet aan de 2 mm zitten. Zeker niet als je zomer- en winterbanden hebt. Toch wordt het aangeraden om na maximaal tien jaar te wisselen omdat een band gedurende zijn leven hard en broos kan worden en daardoor grip verliest of zelfs klapt. Vele haarscheurtjes vertellen vaak al hoe oud een band is, maar je kunt het zelf controleren: op elke band staat (vaak bij het woord DOT) een cijfer met vier getallen: de eerste twee cijfers vormen de productieweek, de andere twee het productiejaar. Tel bij die laatste tien op en je weet of je mag gaan shoppen!